paasikoon  anastasis.jpg

Vrijdag 30 december 2016 - HEILIGE FAMILIE

Feest van de Heilige Familie - A
Lezingen: Jezus Sirach 3:2-6.12.14 en Matteus 2:13-15.19-23
 
We vieren vandaag het feest van de Heilige Familie. Was het een veilig gezin? Dat zeker niet. Nauwelijks geboren lijdt het kerstkind al aan het mensenbestaan. Zijn lotgevallen roepen 'n hele serie overbekende verhalen op uit de geschiedenis van het Joodse Volk: mensen die worden opgejaagd. Ze trekken van land tot land, maar vinden geen been om op te staan. Vlak na de geboorte van hun kind slaan Jozef en Maria en hun Kind op de vlucht voor de dreigende hand van Koning Herodes, die het kind zoekt te doden. Ze vluchten naar Egypte.
 
De verhalen ná kerstmis komen als een correctie. Om onze wereldvreemde dromen door te prikken en ons eraan te herinneren dat wij temidden van de puinhopen van de wereld niet kunnen blijven zingen van mooi weer. We moeten ons blijvend laten verontrusten door de schreeuw die klinkt over de velden van Effrata. De zaak van de pijnlijke plekken op onze aardbol blijkt de zaak van 't kerstkind. En daarmee is het ónze zaak geworden. Het gaat om mensen die hongeren en dorsten naar gerechtigheid.  En kinderen zijn vaak als eersten de klos, als grote mensen ruzie maken.
 
Bij Matteüs is het kerstverhaal al een lijdensverhaal in een notendop, want licht en duisternis kunnen niet samen bestaan. Met kerstmis mochten we worden gevoed met de nooitaflatende hoop dat het licht het zal winnen van alle duisternis in de wereld, dat God machtiger is dan al het kwaad. Er komt 'n tijd dat elke knie zich buigen zal en elke tong zal belijden: ‘Jezus is de Heer’. Nadat Herodes gestorven was, gaan Jozef, Maria en het kind naar Galilea. Niet naar Judea, want daar was al weer een nieuwe Herodes opgestaan. Daarom vestigen zij zich in Nazareth, in Galilea, opdat in vervulling zou gaan wat door de profeten voorzegd was: ‘Hij zal een Nazoreeër genoemd worden’.
 
Vandaag staat de Heilige Familie centraal. Het gevaar is groot dat de lezingen van vandaag misbruikt worden om bepaalde rollen te bevestigen. Een Heilige Familie: zonder problemen, als een schone idylle, een verre droom, een irreëel, zoetsappig sprookje, stichtend en vroom, maar niet uitdagend, bemoedigend en troostend. Dit beeld staat dwars op wat wij mensen van deze wereld ervaren. Hoe mensen uit elkaar kunnen groeien, elkaar kwijt kunnen raken, elkaar uit het oog en uit het hart verliezen. Mensen, los van elkaar, los van God. Mensen die geen bruggen meer kunnen slaan naar elkaar.
 
De lezingen van vanmorgen gaan veel dieper. De eerste lezing (Jezus Sirach) roept op tot een levend relatie met God, die zich onmiddellijk vertaalt in - verstrengeld is met – eerbied voor elkaar, met name tussen ouders en kinderen. Medeleven, sympathie, mededogen, voor elkaar op blijven komen. God wordt realiteit, waar mensen elkaar eerbiedigen, respecteren, elkaar dragen en verdragen en verder dragen. Werken aan een wereld, waarin God alles voor allen wordt.
 
Het verhaal van de vlucht naar Egypte en de terugkeer naar Nazareth is geen verhaal van een voorbeeldige familievakantie, is niet bedoeld om het ideale gezin te beschrijven. Het is opgetekend vanuit de ervaring hoe bijzonder Jezus van Nazareth was. Matteüs heeft Jezus ervaren als een nieuwe Mozes. In de geschiedenis van het kerstkind zal de geschiedenis van Mozes zich herhalen. Volwassen geworden zal dit kind aan het hoofd staan van een nieuwe uittocht uit onze menselijke slavernij.
 
Dit verhaal rond Jezus is geen historisch verslag van wat er toen en toen gebeurde. Het is het héle evangelie in 'n notendop. Jezus zal optreden als een nieuwe Mozes die zijn volk zal wegvoeren uit het slavenland. De strijd van farao contra het kindje Mozes loopt uit op de kindermoord in. Egypte: alle Hebreeuwse jongetjes tot twee jaar oud worden gedood. Mozes wordt toevertrouwd aan de Nijl. Zo ontloopt hij de hand van farao. Jezus gaat dezelfde weg. Honderden jongetjes worden uit de weg geruimd.
 
Toch hoeft deze ontluistering van het kerstfeest voor ons geen ramp te zijn. Hou met schreien, zegt God, wanhoop niet aan de wereld, want: ‘Een Kind is ons geschonken, een Zoon is ons gegeven. Hij zal ons, tegen al noodlot in, toch echt voeren naar de water-bronnen van het leven’. Dat is blijven geloven tegen alle verdrukking in.
 
Ambro Bakker s.m.a.
Deken van Amsterdam